Heb je ooit met open mond naar David Copperfield of Hans Klok zitten kijken? Je wéét dat het doorgestoken kaart is. Dat ze trucjes gebruiken om je af te leiden. En tóch trap je er met open ogen in.

Goeie copywriters hebben precies dezelfde toverkrachten in huis. Ze goochelen met woorden en sturen het gedrag van hun lezers. Ze schrijven ijzersterke, overtuigende teksten die aanzetten tot actie.

Het resultaat: een karrevracht aan klanten en harde euro’s in de kassa 🤑.

Wil jij ook leren goochelen en meer succes behalen met je teksten? Dan is dit boek echt iets voor jou. Alles wat je nodig hebt, zijn De 7 magische woorden*. Oké, en een toetsenbord/toverstokje 🪄.

Is het pure magie of…

De beste copywriters weten het elke keer weer voor elkaar te boksen. Supersterke teksten die zelfs de meest sceptische lezer nog over de streep trekken.

Is het pure magie? Zit Harry Potter aan de andere kant van het scherm/papier met een toverstokje te zwaaien?

Nee.

Het lijkt pure magie. Maar dat is het natuurlijk niet.

Die copywriters zijn geen Harry Potters, maar Hans Klokken. Ze maken gewoon slim gebruik van schrijftrucjes en beïnvloedingstechnieken.

En het mooie is: jij kunt dit ook leren. Je hoeft er niet eens mensen voor te laten verdwijnen of bevallige assistentes doormidden te zagen. En je hoeft er ook niet uren voor in de trein te zitten naar Zweinstein 🧙‍️.

Wat je wel moet doen: De 7 magische woorden* lezen. Dit boek laat je precies zien hoe jij ook kunt goochelen met woorden.

Benieuwd wie het boek geschreven heeft? We spraken auteur Nicol Tadema voor de SEO Podcast. Luister mee naar ons interessante gesprek .

Neuromarketing

“Goochelen met woorden, wat moet ik me daarbij voorstellen? Het klinkt allemaal als een hoop hocus pocus .”

Nou, stiekem is het helemaal niet zo vaag.

De 7 magische woorden leunt namelijk sterk op NLP (Neuro Linguïstisch Programmeren). Hierbij gebruik je communicatietechnieken om mensen anders tegen bepaalde dingen aan te laten kijken. In de marketing is dit vertaald naar neuromarketing.

Het draait bij NLP/neuromarketing allemaal om beïnvloeding en overtuiging. Centraal daarbij staat de manier waarop ons brein werkt. Laten we dus eerst even een uitstapje maken naar onze denksystemen. Dan wordt het al een stuk duidelijker.

Denksysteem 1 en 2

We geloven graag van onszelf dat we rationeel zijn. Ons gedrag, onze beslissingen… allemaal rationeel, toch?

Uhm, nee. Het tegenovergestelde is waar.

Uit onderzoek blijkt dat ons gedrag vooral bepaald wordt door het onderbewuste, onze automatische piloot. De ratio is dus heel wat minder belangrijk dan we denken.

In zijn baanbrekende boek Ons feilbare denken: thinking, fast and slow*, legt Daniel Kahneman uit hoe dat werkt. Hij beschrijft dat je brein uit 2 systemen bestaat:

Denksysteem 1 is het oerbrein of het reptielbrein. Dit systeem draait om oerinstincten, emoties en reflexen. Denksysteem 1 is razendsnel en kan op de automatische piloot beslissingen nemen.

Denksysteem 2 is de neocortex, het rationele brein. Dit systeem is langzaam en maakt weloverwogen, rationele keuzes.

En wat is dan de verhouding tussen die twee systemen? Het antwoord zal je verbazen…

Denksysteem 1 neemt maar liefst 95% van de beslissingen voor zijn rekening .

Bron: De 7 magische woorden

Dit is echt een shock. “Hè, 95%? Zóveel?!”

En waarschijnlijk zul je daarna zeggen: “Puh, dat geldt niet voor mij, ik denk altijd overal eerst heel goed over na.”

Ja, dat dénk je. Maar je wordt gefopt door je brein waar je bij staat.

We nemen vaak beslissingen in denksysteem 1 en rationaliseren/praten die vervolgens goed in denksysteem 2. Je hebt dus het idee dat je heel rationeel bezig bent, maar in feite trekt denksysteem 1 aan de touwtjes. Dat heb je niet eens door: het gebeurt allemaal in je onderbewuste.

Eigenlijk is het ook helemaal niet zo gek dat denksysteem 1 zo dominant is met 95%. Ons brein maakt namelijk aan de lopende band beslissingen, zo’n 35.000 per dag. Als je 16 uur wakker bent op een dag, is dat één beslissing per anderhalve seconde.

Stel je voor dat je daar denksysteem 2 voor zou moeten gebruiken en dat je overal uitgebreid over zou moeten nadenken:

  • Met welk been stap ik uit bed?
  • Trek ik eerst mijn linker- of mijn rechtersok aan?
  • Smeer ik pindakaas of jam op mijn broodje?
  • Welke pincode voer ik in als ik mijn koffie op het station afreken?

Natuurlijk denk je daar niet allemaal bewust over na. Daar zou je helemaal gek van worden en het zou je veel te veel tijd en energie kosten. Al deze beslissingen gaan op de automatische piloot, met denksysteem 1.

Dit geldt ook voor onze aankoopbeslissingen

Voor dat kopje koffie op het station klinkt dat best logisch.

Maar zelfs bij grote aankopen, zoals een huis, is denksysteem 1 dominant. Emotie en intuïtie spelen hierbij een grote rol. Zo blijkt uit onderzoek dat zo’n 80% van de mensen al direct weet of een woning iets voor hen is op het moment dat ze over de drempel stappen. Allerlei verrassende factoren dragen onbewust bij aan dat gevoel, zoals… de geur van versgebakken appeltaart!

Nicol schrijft in haar boek dat er zelfs makelaars zijn die voor de bezichtiging eerst appeltaartgeur sprayen om potentiële kopers in de juiste stemming te brengen.

En jij maar denken dat je dat huis 100% op rationele overwegingen hebt gekocht. Terwijl het toch onbewust die appeltaartgeur was die je over de streep trok. Yum, appeltaart .

Schrijven voor het brein

Waar die makelaar appeltaartgeur in het rond sprayt, kun jij woorden gebruiken om je lezers in de juiste stemming te brengen. Dit boek vertelt je hoe.

Je leert alle tips en trucs om effectieve teksten te schrijven die meer resultaat behalen. Teksten die veel directer en beter communiceren. Teksten die je lezer veel beter overtuigen met behulp van neuromarketing.

De 7 magische woorden leert je schrijven voor het brein.

Dit zijn de 7 magische woorden

Je zit natuurlijk in opperste spanning. Wat zijn die 7 magische woorden nou?

Oké, tijd om ze te onthullen.

Dit zijn ze [tromgeroffel 🥁]…

Bron: De 7 magische woorden.

“Maar dit zijn heel gewone woorden! Wat is daar nu magisch aan?”

Inderdaad, het zijn heel gewone woorden die je aan de lopende band gebruikt. Maar als je weet hoe die woorden werken en vooral hoe je ze moet verwerken in je teksten, gaat er een wereld voor je open.

Wil je precies weten hoe dat werkt, dan moet je het boek lezen. Maar om je alvast een voorproefje te geven, zal ik kort wat schrijven over één van de magische woorden.

Maar

Het magische woord ‘maar’ heeft grote invloed op het lezersbrein. Het werkt positief als je het op de juiste manier inzet. Maar gebruik je het verkeerd, ai ai ai dan werkt het enorm tegen je.

Het programma First Dates geeft regelmatig het perfecte voorbeeld van hoe ‘maar’ het verkeerde effect kan hebben. En helaas doen we dit allemaal wel eens, want zo hebben we het geleerd.

Heb je kritiek of slecht nieuws voor iemand? Dan begin je eerst met iets positiefs. Het idee is dat het slechte nieuws dan wat zachter landt.

Ik vond het echt een supergezellige date. Het is leuk om met je te praten, je hebt humor, we delen dezelfde interesses. MAAR… je stinkt uit je mond, je houdt niet van katten en ik voel totáál geen klik met je, dus we kunnen beter vrienden blijven.

via GIPHY

Ouch. Pijnlijk.

Je voelt dat woordje ‘maar’ ook al van mijlenver aankomen. En in plaats van dat je de pijn verzacht, maak je het feitelijk alleen maar erger.

  • Eerst het goede nieuws, dan het slechte nieuws: er blijft een nare nasmaak achter bij de ontvanger
  • Hoor je het woordje ‘maar’ dan denkt je brein gelijk: “alles wat daarvóór werd gezegd, is dus niet waar”
  • Het resultaat is precies wat je niet wil: het positieve nieuws wordt ontkracht en vergeet de ontvanger gelijk, terwijl alle nadruk op het slechte nieuws wordt gelegd en dit hetgeen is dat blijft hangen

Alles vóór het woord ‘maar’ is niet waar. Alles ná het woord ‘maar’ weegt extra zwaar.

Nicol Tadema

Nu je dit weet, kun je ‘maar’ in je voordeel gaan gebruiken. Bijvoorbeeld door de volgorde om te draaien:

“Wauw, wat een fantastische presentatie heb jij gegeven maar oeps, er zit een ladder in je panty.”

versus

“Oeps, er zit een ladder in je panty maar wauw, wat een fantastische presentatie heb jij gegeven!”

Zie je het verschil? Je communiceert exact hetzelfde, maar de boodschap komt echt compleet anders over.

Draai het dus gewoon eens om: “nadeel… MAAR… voordeel”. Dit geeft een positievere mindset en maakt je boodschap veel krachtiger.

Maar… soms kun je ‘maar’ beter schrappen in je tekst:

We willen niet alleen uitstekende catering verzorgen, maar ook maatschappelijk relevant zijn.

We willen uitstekende catering verzorgen en maatschappelijk relevant zijn.

Het tweede voorbeeld stemt de lezer positiever én het eerste deel van de zin over de uitstekende catering wordt niet langer weggepoetst door ‘maar’ en blijft dus veel beter hangen. O ja en nog een voordeel: de tekst wordt korter en krachtiger.

Word een expert in neuromarketing

De 7 magische woorden duikt diep in de neuromarketing. Lees je dit boek, dan mag je jezelf gerust een expert noemen.

Je maakt kennis met allerlei interessante beïnvloedingstechnieken die je kunt gebruiken in je teksten om meer resultaat te halen. Zoals:

  • Het recency-effect
  • Het primacy-effect
  • Het anchoring-effect
  • De Paradox of Choice
  • Het Act-as-if-frame
  • De kracht van verliesaversie
  • Het endowment-effect
  • Enz. enz.

Je vindt echt een schat aan informatie in dit boek.

En het leuke is: de theorie komt helemaal tot leven met een duidelijke uitleg hoe je het kunt toepassen én treffende voorbeelden.

De cruciale laatste 1%

Als er één ding is dat me bij is gebleven van dit boek, dan is het wel dat de kleinste details gigantisch grote resultaten kunnen hebben.

Een zinnetje omdraaien, een zinnetje toevoegen, een magisch woord op de juiste plek inzetten… het kan het verschil betekenen tussen niks verkopen en een kassa die de hele dag door blijft rinkelen.

En het mooie is: de meeste van jouw concurrenten doen dit niet. Precies daar kun je het verschil maken.

Als jij die cruciale laatste 1% beter bent dan de concurrent, levert je dat een gigantisch voordeel op. Dat is het ‘Winner-Takes-All’-effect. Vergelijk het met twee zwemmers op de Olympische spelen. De ene is maar 1/100e van een seconde sneller, maar dit levert wel de volledige winst op én die felbegeerde gouden medaille.

Bestsellerauteur James Clear schrijft daar het volgende over:

The 1 Percent Rule states that over time the majority of the rewards in a given field will accumulate to the people, teams, and organizations that maintain a 1 percent advantage over the alternatives. You don’t need to be twice as good to get twice the results. You just need to be slightly better.

The 1 Percent Rule: Why a Few People Get Most of the Rewards

“You just need to be slightly better.” Dat is precies de kracht van De 7 magische woorden. Je leert die laatste, cruciale 1%. De details maken het verschil. En dat merk je in het resultaat dat je met je teksten boekt: meer omzet en meer klanten.

Ook al zit er best wat theorie in het boek, droog wordt het nooit. Door de simpele uitleg en praktijkvoorbeelden fiets je echt door het boek heen. De opmaak is ook geweldig: veel plaatjes en uitgelichte tekstblokjes, zodat je meteen ziet wat belangrijk is. De paperback heeft zelfs lege bladzijdes die je zelf kunt invullen met je eigen aantekeningen. Handig!

De 7 magische woorden is verplichte kost voor ervaren copywriters die de laatste, cruciale 1% willen leren. Begin je net met copywriting, dan kun je beter eerst focussen op de basics. Heb je die eenmaal goed onder de knie, lees dan zeker dit boek.

⭐ Waardering: 9.

Nicol Tadema, De 7 magische woorden*, 2023, 192 pagina’s.

Ik heb dit boek gekregen van de auteur. Deze blogpost bevat affiliatelinks*.